De Skeleton Coast van Namibië, klinkt dat niet indrukwekkend? Dat is het ook! Deze ruige kuststrook in het noorden van Namibië is vernoemd naar de vele schepen die hier door de eeuwen heen op de klippen zijn gelopen. Als de bemanning schipbreuk al overleefde, was de kans groot dat ze het alsnog tegen dit ruige gebied moesten afleggen. Het is een fascinerende kuststrook met hoge zandduinen, lege stranden, mysterieuze scheepswrakken en de grootste zeehondenkolonie van Afrika. Een roadtrip door dit nationaal park is absoluut een must op jouw reisroute door Namibië. Wij vertellen je er alles over, inclusief een kaart van de Skeleton Coast.
Hoe kom je bij de Skeleton Coast?
Hoewel vroeger nog je doodvonnis getekend was op het moment dat je met je schip op de Skeleton Coast strandde, is de kust tegenwoordig een stuk beter te bereiken. Het noordelijke deel van de kuststrook is onderdeel van het Skeleton Coast National Park. Het park heeft twee entrees: de Springbokwasser Gate en de Ugab River Gate. De Springbokwasser Gate ligt aan de C39 vanuit Damaraland; de Ugab River Gate ligt in het zuiden aan de kust. Hier loopt de C34 die je uiteindelijk via Hentiesbaai naar Swakopmund leidt.
Bij de gate betaal je de gebruikelijke parkentree van 80 Namibian dollar per persoon en 10 Namibian dollar per voertuig voor een permit van 24 uur. Let erop dat je bij de gate aangeeft of je alleen een doorreispermit of een permit voor een overnachting koopt. De prijzen hierboven zijn overigens voor een permit met een overnachting (over de overnachtingsmogelijkheden lees je hieronder meer!). Je zal een permit voor een overnachting niet makkelijk krijgen, als je niet ook daadwerkelijk een overnachting hebt geboekt. Hier wordt bij de gate naar gevraagd. Wij hadden geen boeking niet. Gelukkig werden we gematst, omdat de parkwachter wist dat het in januari erg rustig was op de camping in het park en dat we daar ook zonder boeking zouden kunnen overnachten.
Er is weinig verkeer langs de Skeleton Coast. Er is dus ook geen openbaar vervoer en liften is ook niet aan te raden. De Skeleton Coast kan je daarom alleen bezoeken op een georganiseerde tour of – veel beter – met eigen vervoer.
Wat heb je nodig?
De wegen in het park en ook in het zuidelijke deel van de Skeleton Coast zijn goed te berijden. Een 4WD is hier daarom echt niet nodig. Leuk detail: in het zuidelijke deel, dus onder de Ugab River Gate, liggen voornamelijk zoutwegen! Zoutwegen zijn supergoed te berijden, maar let op: ze kunnen erg glad worden die enkele keer dat het in Namibië regent.
Langs de Skeleton Coast is niet veel verkeer en er is ook weinig bereik. Zorg daarom dat je voldoende reserveonderdelen voor de auto, water en drinken bij je hebt. Dat er weinig verkeer is, maakt de Skeleton Coast nog indrukwekkender, maar het betekent ook dat je hier echt geen autopech wilt hebben. En helaas spreken we uit ervaring. De accu van onze Toyota Hillux overleed naast een van de scheepswrakken langs de kust. Dramatischer kan haast niet, toch? Hoewel we die dag nog geen ander verkeer waren tegengekomen, hadden we het geluk dat na een uur al iemand voorbijreed.
Wil je nog noordelijker dan Terrace Bay? Dat vraagt behoorlijk wat voorbereiding en kan alleen met een lokale organisatie worden geboekt.
Overnachten aan de Skeleton Coast: camping en chalets
Wil je in slaap vallen onder het ruisen van de woeste zee? Voeg dan een overnachting toe aan je roadtrip langs de Skeleton Coast. In het nationaal park zijn twee mogelijkheden om te overnachten. In Terrace Bay Resort zijn chalets en double rooms, maar nog toffer vonden wij het om te kamperen op het strand van Torra Bay. De camping is alleen in december en januari geopend. Niemand kon ons overigens uitleggen waarom. In december is de camping relatief druk vanwege de Namibische vakanties, maar in januari was de camping vrijwel uitgestorven.
De camping lijkt vrij basic, maar heeft stroom op de plekken, gratis wifi bij de receptie, een klein winkeltje, stromend water en douches vanaf 16u. De plek trekt vooral vissers. Wij kwamen om ons er te laten overweldigen door de uitgestrektheid van de Skeleton Coast en met zeehonden een duik in de ijskoude oceaan te nemen. Het kampvuurtje waarop we ’s avonds op onze strandplek ons maaltje kookte, maakten het gevoel voor ons compleet.
Je boekt zowel Torra Bay als Terrace Bay via de NWR. Voor de camping betaalden wij 230 Namibian dollar per persoon en 55 Namibian dollar voor elektriciteit.
De highlights van de Skeleton Coast: scheepswrakken en zeehonden
Het hoogtepunt van de Skeleton Coast is de fascinerende omgeving. Van de zandduinen die tot aan de kust doorlopen in het noorden, tot de zoutvlaktes meer in het zuiden. Het is een haast onaards landschap! De stranden zijn verlaten en de zee nodigt uit tot een duik, maar het water is hier ijs- en ijskoud. Wij waagden het erop en hebben de zee getrotseerd. Samen met een zeehond doken we de golven in. Heel koud, maar zo gaaf!
De kuststrook schijnt ook een geweldige plek te zijn om te vissen. De Skeleton Coast wordt daarom eigenlijk vooral bezocht en overal zie je trucks met enorme hengels rondrijden. Not our cup of tea, dus hebben we deze activiteit overgeslagen.
Maar wie naar de Skeleton Coast gaat, wil natuurlijk vooral graag een aantal van die mysterieuze scheepswrakken zien die hier op de kust zijn gestrand. Helaas zijn veel scheepswrakken niet bereikbaar, of zijn ze simpelweg door de tijd niet meer te zien. Op de kaart hieronder zie je drie scheepswrakken gemarkeerd: de South West Sea, de Winston en de Zeila. Deze wrakken zijn goed te bereiken vanaf de C34 én zijn nog deels te zien. De scheepswrakken worden duidelijk aangegeven met borden vanaf de C34.
Vanaf het noorden zal je eerst langs de South West Sea rijden, ongeveer 15 kilometer ten noorden van de Ugab River Gate. Zoek online maar eens op foto’s van het wrak en vergelijk die met die van ons in dit artikel uit januari 2019. Je zult zien dat de zee en het strand het schip langzaam opslokken en er in 2019 al weinig meer van over was, als je het vergelijkt met de indrukwekkende foto’s uit het verleden. Vlakbij het scheepswrak lagen tijdens ons bezoek ook walvisbotten, zo gaaf!
Van de Winston is nog minder over dan van de South West Sea. Langs de kust liggen helaas alleen nog wat losse brokstukken.
Hoe anders is de Zeila, iets ten zuiden van Hentiesbaai. De Zeila is nog niet zo lang geleden – op 25 augustus 2008 om precies te zijn – op de Skeleton Coast vastgelopen. Het schip is daardoor nog vrijwel volledig intact en een aanrader voor een korte stop. Omdat het schip vlakbij de stad Hentiesbaai ligt en zo goed bewaard is, zullen je hier trouwens ook voor het eerst sinds je roadtrip langs de Skeleton Coast weer veel mensen zien: verkopers van suffe souvenirtjes.
Een laatste attractie op een roadtrip langs de Skeleton Coast naar het zuiden is de zeehondenkolonie bij Cape Cross. In Namibië zijn veel zeehondenkoloniën, maar niet een is zo groot als die bij Cape Cross. Met 100.000 zeehonden is dit de grootste van heel Afrika. De indringende geur en het immense lawaai maken zeker indruk. Wij zagen in januari honderden babyzeehonden langs de kust kruipen. Indrukwekkend hoe een golf tegen de kust zo tientallen zeehondjes weg kon slaan, die dan weer een nieuwe poging moesten wagen om aan land te komen.
Cape Cross ligt 130 kilometer ten noorden van Swakopmund. De entree kost – zoals in alle nationale parken – 80 Namibian dollar per persoon en 10 Namibian dollar voor een voertuig. Je rijdt tot vlakbij de kolonie en kan dan over houten vlonders met houten omheining over, door en tussen de zeehonden lopen.
