Namibië

Wat te doen in Lüderitz, de afgelegen kustparel van Namibië

Wie naar Namibië reist, komt meestal uit bij klassiekers als Etosha, Sossusvlei of de kust rond Swakopmund. Maar wie een stukje verder naar het zuiden rijdt, ontdekt een plek die totaal anders aanvoelt: Lüderitz. Deze afgelegen kuststad ligt ingeklemd tussen de oceaan en de woestijn, op een plek waar niets logisch lijkt. Duitse art nouveau-architectuur, koloniale geschiedenis, verlaten spookdorpen en ruige natuur komen hier samen in een vreemd, bijna surrealistisch decor.

Lüderitz voelt als een vergeten stad aan het einde van de wereld. En juist dat maakt het zo bijzonder. Van pinguïns tot diamanten, van verlaten straten tot roestige vuurtorens – hier hangt een sfeer die je nergens anders in Namibië vindt. Veel reizigers slaan het over omdat het niet ‘op de route’ ligt, maar geloof ons: deze omweg is de moeite meer dan waard. In deze blog lees je wat je in en rond Lüderitz echt niet mag missen.

Lüderitz | Namibia | The Orange Backpack
Luderitz

Hoe kom je in Lüderitz?

Lüderitz ligt echt midden in het niets. Als je de kaart van Zuid-Namibië erbij pakt, zie je één lange weg die van Aus naar de kust loopt. Dat is de B4. Geen dorpjes onderweg, geen tankstations, niks. Alleen asfalt, woestijn en af en toe wild.

De afstand tussen Aus en Lüderitz is ongeveer 125 kilometer. Op de B4 kun je goed doorrijden, dus in een dik uur ben je er. Al moet je aan het einde van de rit wel opletten: de wind kan hier flink aantrekken en zand over de weg blazen. Het is geen uitzondering dat delen van het asfalt tijdelijk verdwijnen onder een laag duinen.

Openbaar vervoer is er mondjesmaat, maar eigenlijk niet praktisch. De meeste bezienswaardigheden liggen buiten het centrum, dus zonder auto kom je nergens. Zelf rijden is hier de enige echte optie. Volg de B4 en neem water, snacks en een volle tank mee. Het is een lange, lege weg – maar wel een mooie.

Lüderitz | Namibia | The Orange Backpack
Kolmanskop | Lüderitz | The Orange Backpack

De diamantgeschiedenis van Lüderitz

Lüderitz was de eerste plek in Namibië waar de Duitsers zich vestigden. De stad is vernoemd naar Adolf Lüderitz, een handelaar uit Bremen die in 1883 een stuk land aan de kust kocht van een lokale Nama-leider. Zijn idee: een handelspost starten in een gebied waar verder nog niemand interesse in had. Het was dor, leeg en heet, maar juist daardoor nog vrij van koloniaal gezag. Lüderitz vroeg Duitsland om bescherming en zo begon de Duitse invloed in Namibië.

Lang gebeurde er weinig. Tot in 1908 een spoorwegarbeider een diamant vond. Gewoon in het zand, aan de oppervlakte. Het bleek geen toeval te zijn. Er lagen er nog veel meer. Wat volgde was een diamantkoorts, en de Duitsers sloten het hele gebied rondom Lüderitz af. Het werd uitgeroepen tot Sperrgebiet, en dat is het nog steeds. Je mag er alleen in met een vergunning.

De vondst van de diamanten maakte Lüderitz in korte tijd rijk. Tien kilometer buiten de stad werd een compleet nieuw dorp gebouwd voor de mijnwerkers en hun families: Kolmanskop. Met een ziekenhuis, school, kegelbaan, ijsfabriek en zelfs elektriciteit was het luxer dan veel steden in Duitsland. Maar de rijkdom bleef niet. Toen verder naar het zuiden nóg grotere diamantvelden werden gevonden, vertrokken de mensen en nam het zand het dorp naast Lüderitz langzaam weer over.

Ook nu worden er nog diamanten gewonnen, maar dan vooral uit zee. Veel stenen zijn in de loop der jaren met de wind richting oceaan geblazen en liggen nu op de zeebodem. In plaats van vissers zie je hier daarom schepen die de bodem afspeuren naar diamanten. Het blijft een bijzondere plek, waar de woestijn, de zee en de koloniale geschiedenis op een vreemde manier samenkomen.

Lüderitz | Namibia | The Orange Backpack
Kolmanskop | Lüderitz | Namibia | The Orange Backpack

Overnachten in Lüderitz

Lüderitz in één dag bezoeken? Kan net, maar zonde eigenlijk. De stad ligt afgelegen, en de rit vanaf Aus kost je al snel anderhalf uur. Wie dan ook nog Kolmanskop wil bekijken, een stukje over de Peninsula wil rijden en Diaz Point wil meepakken, komt tijd tekort. En dan heb je de pinguïns, de zeehonden en het roze meer nog niet eens gezien.

Beter is het om twee nachten te blijven. Zo heb je een volle dag om de omgeving te verkennen en nog tijd over om even te landen. Overnachten kan in alle prijsklassen, van een guesthouse in het centrum tot een kamer met uitzicht op zee.

#1 Lüderitz Nest Hotel ligt pal aan zee en heeft misschien wel het mooiste uitzicht van de hele stad. Je slaapt hier in ruime kamers met uitzicht op de oceaan en wandelt zo de steiger op. Er is een zwembad, een sauna en een restaurant met vis op het menu.

#2 Kairos Cottage B&B zit aan het water en voelt meteen warm en huiselijk aan. De kamers zijn licht en ruim en het ontbijt op het terras is echt een fijne start van je dag. Gasten zijn enthousiast over de rust en de persoonlijke sfeer.

#3 Alte Villa Boutique Hotel is gevestigd in een charmante, kleurrijke villa net buiten het centrum. De kamers zijn stijlvol ingericht en de tuin is een fijne plek om even op adem te komen. Het voelt alsof je logeert in een sfeervol, klein stadshotel met oog voor detail.

#4 Island Cottage Guesthouse ligt net buiten het centrum, direct aan zee. De kamers hebben elk een eigen ingang en terras, waardoor je veel privacy hebt. De locatie is rustig, maar je bent zo weer in het centrum als je zin hebt in een hapje of drankje.

#5 Obelix Guesthouse ligt in het hart van Lüderitz en is een fijne optie voor reizigers met een kleiner budget. De kamers zijn eenvoudig maar schoon, en er zit een pub naast de deur waar je iets kunt eten of een biertje kunt drinken. Alles wat je nodig hebt op loopafstand.

Toeristische kaart van Lüderitz

Doen in Lüderitz: bezienswaardigheden en natuur

Lüderitz lijkt op het eerste gezicht misschien wat saai, maar laat je niet misleiden. Juist vanuit dit rustige kustplaatsje bereik je twee van de mooiste plekken van Namibië: de Peninsula en het spookdorp Kolmanskop. Met twee tot drie dagen in Lüderitz heb je ruim de tijd om deze highlights te ontdekken én de rest van de stad te verkennen. Hieronder vind je de bezienswaardigheden die je echt niet mag overslaan tijdens je bezoek.

#1 Art Nouveau-architectuur: Kreplinhaus, Glück Auf, Deutsche Afrika Bank & stationsgebouw

In Lüderitz stuit je op een verzameling koloniale gebouwen die zó uit een Duits stadje lijken te komen. Begin bij de Deutsche Afrika Bank uit 1907, een elegant pand met strakke lijnen en sierlijke details. Dit was vroeger het financiële hart van de stad, toen de diamantkoorts op z’n hoogtepunt was. Vlak daarnaast staat Glück Auf, gebouwd voor een jurist die werkte in de mijnindustrie. De naam is een oude mijnwerkersgroet en het huis valt op door de witte gevel en kleine torentjes.

Loop je iets verder, dan zie je het Kreplinhaus uit 1909. Dit was ooit het woonhuis van de eerste burgemeester van Lüderitz, Emil Kreplin. Het is strak, symmetrisch en perfect bewaard gebleven. Tot slot is er het oude station uit 1904. De trein rijdt al jaren niet meer, maar het gebouw staat er nog fier bij. Samen vormen deze panden een mini-museum van koloniale bouwkunst. Een stadswandeling langs deze huizen is zo gemaakt, en absoluut de moeite waard.

#2 Goerke Haus

Dit is het mooiste huis van Lüderitz. Punt. Het Goerke Haus werd tussen 1909 en 1911 gebouwd voor Hans Goerke, een belangrijke inspecteur binnen de diamantindustrie. Hij liet op een rots net buiten het centrum een villa bouwen in pure Jugendstil. Denk aan gebogen lijnen, glas-in-lood, sierlijke trappen en een torentje met uitzicht op zee. Architect Otto Ertl tekende het ontwerp, met als doel één ding: indruk maken.

Lang woonde Goerke er niet. Een paar jaar na de oplevering was hij alweer terug in Duitsland. Daarna kreeg het huis verschillende functies, waaronder kantoren van de overheid en van het diamantbedrijf Namdeb. Die laatste liet het gebouw in de jaren tachtig restaureren. Tegenwoordig kun je er naar binnen tijdens korte openingsuren in de middag. Binnen zie je originele meubels en oude foto’s die laten zien hoe de elite hier leefde. Ook als je niet naar binnen gaat, is het uitzicht vanaf de heuvel al reden genoeg om even langs te lopen.

Goerke House in Luderitz in Namibia | rondreis door Namibië | The Orange Backpack

#3 Kolmanskop

Tussen de zandduinen buiten Lüderitz ligt Kolmanskop, een verlaten diamantdorp dat langzaam wordt opgeslokt door de woestijn. Het begon allemaal in 1908, toen een spoorarbeider toevallig een diamant vond. Binnen no-time werd dit een van de rijkste plekken van het continent. Er kwamen Duitse kolonisten, luxe villa’s, een kegelbaan, een ziekenhuis, een school en zelfs een ijsfabriek. Alles wat je in een moderne stad verwachtte, stond hier midden in het zand.

Maar het geluk was van korte duur. In de jaren dertig werden er zuidelijker nóg grotere diamantvelden gevonden, en liep Kolmanskop leeg. In 1956 vertrok de laatste bewoner. Wat achterbleef zijn huizen waar het zand inmiddels tot de ramen reikt. Het spookstadje is open van 08.00 tot 13.00. Rondleidingen starten om 09.30 en 11.00, en het is verstandig om er vroeg te zijn voor rust en mooi licht. Wie bij zonsopgang of zonsondergang wil fotograferen, moet een fotopermit aanschaffen – verkrijgbaar een dag van tevoren – voor misschien wel de meest fotogenieke plek in Namibië.

Ghost town Kolmanskop in Namibia | Lüderitz, Namibië | The Orange Backpack

#4 Lüderitz Peninsula / Tsau Khaeb National Park

Zodra je Lüderitz uitrijdt richting de Peninsula, lijkt het alsof je in een andere wereld belandt. Alles wat stedelijk is, verdwijnt. Wat overblijft zijn kale vlaktes, stoffige zandpistes en een eindeloze horizon. Dit is het westelijke puntje van het Tsau Khaeb National Park, vroeger het Sperrgebiet. Jarenlang was dit een gesloten diamantgebied waar niemand zonder toestemming in mocht. Dat zie je terug in het landschap: ruig, leeg en onaangetast.

Een gewone auto redt het hier niet. De meeste wegen zijn zanderig en ongelijk, dus een 4WD is geen overbodige luxe. Onderweg kom je zoutmeren tegen in knalroze tinten, afgelegen baaien, en bizarre rotsformaties waar de wind vrij spel heeft. Je kunt zomaar flamingo’s, jakhalzen of zelfs pinguïns spotten langs de kust. Verwacht geen bordjes, geen verkeer en zeker geen bereik. Wel pure stilte, prachtige uitzichten en een gevoel alsof je alleen op de wereld bent.

Lüderitz | Namibia | The Orange Backpack

#5 Het roze zoutmeer

Net buiten Lüderitz, nog voordat je echt de Peninsula oprijdt, ligt een klein zoutmeer dat bij de juiste omstandigheden knalroze kleurt. Je vindt het langs de weg in de grote lus vlak voor je het schiereiland op rijdt. De meeste mensen rijden er zo voorbij, maar het loont om hier even te stoppen.

De kleur ontstaat door een hoge concentratie zout, zonlicht en bepaalde micro-organismen die een roze pigment aanmaken. Op zonnige dagen kan het water bijna fluorescerend roze ogen. De tint verschilt per seizoen, per dag en soms zelfs per uur. Het meer ligt pal naast de zandweg en is dus makkelijk bereikbaar.

Je hoeft er geen wandelingen voor te maken of een tour te boeken. Gewoon stoppen, uitstappen en kijken. Soms liggen er ook zoutkristallen aan de rand van het water. Een onverwacht kleurrijk moment in een verder dor en rotsachtig landschap.

Lüderitz | Namibia | The Orange Backpack

#6 Diaz Point & Vuurtoren

Helemaal aan het uiteinde van de Peninsula vind je Diaz Point, een plek waar de wind nooit stilstaat. In 1488 zette de Portugese ontdekkingsreiziger Bartolomeu Dias hier voet aan wal, en nog altijd staat er een kruis op de rotsen om dat moment te herdenken. Het originele kruis ging verloren, maar de replica die er nu staat markeert de plek nog steeds. Het uitzicht is spectaculair: ruige zee, zwarte rotsen, en grote golven die tegen de kust beuken.

Naast het kruis staat een vuurtoren en loopt er een smalle houten brug naar een uitkijkpunt. Vanaf daar kijk je uit op Halifax Island, waar een kolonie pinguïns leeft. Rondom Diaz Point ligt een kleine baai waar je vaak flamingo’s en zeevogels ziet. Er is ook een eenvoudig koffietentje met houten banken en zicht op zee.

Lüderitz | Namibia | The Orange Backpack

#7 Pinguïns & Halifax Island

Pinguïns in de woestijn? Jazeker. Voor de kust van Lüderitz ligt Halifax Island, een rotseiland dat wordt bewoond door een kolonie Afrikaanse pinguïns. Het eiland zelf is beschermd en verboden terrein, maar met een verrekijker kun je vanaf Diaz Point vaak al wat zwart-witte stipjes zien waggelen. Wie het van dichterbij wil bekijken, boekt een boottochtje vanuit de haven.

Die tochten duren meestal een paar uur en voeren je langs de kustlijn. Onderweg zie je vrijwel altijd Kaapse pelsrobben, die op de rotsen liggen te zonnen of nieuwsgierig om de boot zwemmen. Ook dolfijnen laten zich regelmatig zien, en in het juiste seizoen zelfs walvissen. De gidsen aan boord weten precies waar je moet kijken.

De pinguïns blijven meestal dicht bij de rotsen, waar ze nestelen en afkoelen in de branding. Halifax Island is onderdeel van een marien beschermd gebied, dus je mag er niet aan land. Een verrekijker of camera met zoomlens is dus geen overbodige luxe. Dit is een van de weinige plekken in Namibië waar je zo veel zeedieren van zo dichtbij kunt bewonderen.

Diaz Point Luderitz

#8 Agate Beach

Net buiten Lüderitz ligt Agate Beach, een breed en leeg strand waar je zelden iemand tegenkomt. Geen horeca, geen loungestoelen, alleen zand, wind en de zee. Toch is het een fijne plek om even uit te waaien. De naam komt van de kleine agaatsteentjes die hier soms aanspoelen. Je moet wat geluk hebben, maar wie goed kijkt vindt er misschien eentje tussen het zand.

Aan de rand van het strand zijn picknicktafels en braaiplekken, zoals overal in Namibië. Neem je eigen eten en drinken mee, want in de buurt is verder niks. Zwemmen kan, maar verwacht geen tropisch water. Het is koud, meestal ruig, en eigenlijk meer geschikt voor een korte duik dan voor een stranddag. Wie op zoek is naar stilte en ruimte, zit hier goed. Vooral rond zonsondergang is het licht prachtig en verandert het strand in een fotogenieke, goudgele vlakte.

#9 Shark Island

Shark Island ligt aan de rand van Lüderitz en ziet eruit als een kalm schiereiland met uitzicht op zee. Maar wie iets verder kijkt, ontdekt dat dit een van de meest beladen plekken van Namibië is. Begin twintigste eeuw gebruikten de Duitse kolonisten het eiland als concentratiekamp voor de authentieke bevolking. Hier zaten duizenden Herero en Nama gevangen, onder gruwelijke omstandigheden. Velen overleefden het niet. Vandaag zie je daar nog nauwelijks iets van terug. Geen bordjes, geen monumenten, alleen de open vlakte en de wind.

Toch is het de moeite waard om er rond te lopen. Het uitzicht op de baai is indrukwekkend, vooral bij zonsondergang. Je ziet Halifax Island liggen en bij helder weer zelfs de vuurtoren op Diaz Point. Er is een eenvoudige camping op het eiland waar je kunt overnachten, al moet je wel tegen wind kunnen. Voor wie geïnteresseerd is in geschiedenis – of gewoon even stil wil worden – is Shark Island een plek die binnenkomt.

#10 Lüderitz Museum & Namibia Maritime Museum

In een zijstraat van het centrum vind je het Lüderitz Museum, een compact maar goed gevuld museum dat meer context geeft aan wat je buiten ziet. Je leert er over de Duitse kolonisatie, de opkomst van de diamantindustrie en het dagelijks leven in Lüderitz rond het jaar 1900. Binnen zie je oude foto’s, fossielen, opgezette dieren en gebruiksvoorwerpen van zowel Duitse kolonisten als lokale Nama-gemeenschappen.

Even verderop ligt in een gloednieuw gebouw het Namibia Maritime Museum, dat zich sinds 2024 richt op alles wat met zee en scheepvaart te maken heeft. Denk aan scheepsmodellen, wrakken, kaarten en verhalen over de vissers van Lüderitz. De musea zijn klein en overzichtelijk, maar geven samen een compleet beeld van het verleden van deze afgelegen kustplaats. Ideaal als je iets meer verdieping zoekt na al het zand, wind en uitzicht. Of gewoon een goede plek om even uit de zon te stappen.

#11 Bogenfels Arch & Grosse Bucht

Voor wie écht het gevoel wil hebben alleen op de wereld te zijn, is een trip naar Bogenfels en Grosse Bucht een aanrader. Je kunt hier niet zomaar naartoe rijden. Het gebied maakt deel uit van het voormalige Sperrgebiet en is alleen toegankelijk met een gids én vergunning. Tours vertrekken meestal vroeg vanuit Lüderitz en nemen je mee diep het nationale park in, over zanderige wegen en door compleet verlaten landschap. Geen verkeer, geen telefoonbereik, geen mens te bekennen.

Na een paar uur rijden duikt Bogenfels ineens op. Een gigantische kalkstenen boog, zestig meter hoog, die als een brug over de oceaan lijkt te hangen. De golven beuken eronder tegen de rotsen, terwijl jij op een afstandje staat te kijken naar dit bizarre natuurverschijnsel. Even verderop ligt Grosse Bucht, een verlaten kustdorpje dat ooit werd gebruikt voor visserij en mijnbouw. Nu staat er niet veel meer dan wat half ingestorte gebouwen en roestige installaties.

Onderweg passeer je oude treinrails, verroeste waterpompen en stoffige barakken die herinneren aan de tijd dat hier nog naar diamanten werd gezocht. Het voelt alsof je door een openluchtmuseum rijdt waar nooit iemand komt. Wie op zoek is naar avontuur buiten de gebaande paden, zit hier helemaal goed. Vergeet je camera niet – en een extra fles water, want je bent echt even weg van alles.

#12 Wilde paarden bij Aus

Rijd je tussen Lüderitz en Aus, dan heb je onderweg kans op iets onverwachts: wilde paarden in de woestijn. Ze leven hier al generaties lang, midden in het dorre landschap waar je ze het minst zou verwachten. Niemand weet precies waar ze vandaan komen, maar de meeste verhalen wijzen naar achtergelaten legerpaarden uit de Duitse koloniale tijd of de Eerste Wereldoorlog.

De beste plek om ze te spotten is bij Garub, een waterplaats op zo’n 20 kilometer van Aus. Daar staat een eenvoudige schuilhut waar je uitzicht hebt op de drinkplek. De paarden komen hier vaak in kleine groepjes naartoe, vooral in de vroege ochtend of aan het einde van de dag. Ze leven helemaal zelfstandig, zonder omheining of verzorging, en lijken zich prima te redden in de hitte en droogte.

Een korte stop hier is meer dan de moeite waard. Het uitzicht is weids, de stilte compleet, en de kans om wilde paarden te zien maakt het extra bijzonder.

Eten & drinken in Lüderitz

Ons favoriete adres in Lüderitz was Diaz Coffee Shop. Hier drink je écht goede koffie, gezet van de beste bonen van Namibië. Ze werken met lokale merken zoals Two Beards en Slotown, en dat proef je. Op het menu staan verse ontbijtjes, goede toast, smoothies en meer. En het leuke is: je kunt er ook ’s avonds terecht. Dan verandert het in een ontspannen bar waar je oesters eet en een glas wijn drinkt aan de houten tafels.

Voor een warm diner in een relaxte setting is The Portuguese Fisherman een aanrader. De porties zijn royaal, de sfeer is los en vooral de visgerechten vallen goed in de smaak. Liever iets met karakter? Ga dan naar Barrels. Hier eet je tussen oude vaten bij kaarslicht en schep je je bord vol aan het buffet. Het eten is eenvoudig maar prima, en de sfeer is uniek. Zelfs als vegetariër kon ik er mee-eten voor een aangepast tarief.

Zin in verse zeevruchten met uitzicht op zee? Dan zit je goed bij Essenzeit. De ligging aan de haven is perfect en het menu staat vol met vis, schaal- en schelpdieren. Ideaal voor een ontspannen avond met zicht op de baai.

Kolmanskop | Lüderitz | The Orange Backpack
Lüderitz | Namibia | The Orange Backpack

Praktische tips voor Lüderitz

#1 Koop mineraalwater. In Lüderitz kan je net als in de rest van het land het kraanwater drinken, maar het smaakt hier toch net wat anders. Lüderitz is voor haar watervoorziening afhankelijk van een ondergrondse waterbron en de smaak daarvan is wat ons betreft heel wat minder dan ander water.

#2 Kampeer niet aan de kust. Lüderitz heeft een twee prachtige campings aan de kust, waaronder een in de Peninsula. Wij overwogen eerst een van deze campings aan het strand, maar zijn heel blij dat we uiteindelijk voor een kampeeroptie in de stad, in de tuin van Lüderitz Backpackers, hebben gekozen. In Lüderitz kan het namelijk bizar hard waaien. Denk aan zandstralen-niveau.

#3 Kom liever niet op zondag. Wij hoorden van mensen die op een zondag in Lüderitz zijn geweest dat ze het niks aan vonden. Dat kunnen wij op zich wel begrijpen, want de stad ligt dan bijna helemaal stil. Restaurants, winkels, cafés… alles dicht. Niet de beste dag om de sfeer te proeven.

#4 Ga in de ochtend naar Kolmanskop. Het spookstadje is open van 08.00 tot 13.00 uur. Rondleidingen starten om 09.30 en 11.00 uur, op zondag om 10.00 uur. Voor zonsopgang of zonsondergang heb je een aparte fotopermit nodig, die je vooraf moet regelen.

#5 Vergeet je verrekijker niet. Op de Peninsula kun je vanaf de kust pinguïns, flamingo’s en andere vogels spotten. Zeker bij Diaz Point en Halifax Island is een verrekijker geen overbodige luxe.

#6 Download een offline kaart. Maps.me is je beste vriend in dit gebied. Veel 4WD-paden op de Peninsula staan duidelijk aangegeven, inclusief uitkijkpunten. Ideaal als je zonder bereik rondrijdt.

#7 Sla de pizza bij Ritzi’s over. We hebben het geprobeerd. Eén woord: nee. De pizza was écht slecht. Volgens anderen is de seafood wel oké, dus als je toch gaat, hou het dan bij vis.

#8 Doe de rondleiding in Kolmanskop. Bij je entreeticket zit een rondleiding inbegrepen, en die is de moeite waard. Je hoort verhalen over het vroegere leven in dit bizarre diamantstadje en komt in gebouwen waar je anders niet in mag.

Bewaar deze blog op Pinterest om later te herlezen: