Spanje

10 mooiste bezienswaardigheden in Baskenland

Baskenland is Spanje, maar dan totaal anders. Denk aan ruige kliffen, groene heuvels, charmante vissersdorpjes en steden waar traditie en futuristisch design moeiteloos samenkomen. Hier eet je pintxos op een zonnig terras, wandel je naar een kapel bovenop een rots in zee en proef je lokale Txakoli-wijn met fenomenaal uitzicht op de oceaan. De eigen taal, trots en cultuur geven de regio een unieke sfeer die je nergens anders vindt.

Wij kwamen al vaker in Baskenland en blijven iedere keer weer leuke dorpjes en mooie kustlijnen ontdekken. In deze blog verzamelen we de mooiste bezienswaardigheden van Baskenland. Van wereldberoemde highlights tot minder bekende plekken die je zeker niet mag overslaan! Om het je helemaal makkelijk te maken, zetten we de mooiste plekken van Baskenland ook nog eens overzichtelijk op een logische route die je zo kunt volgen.

Lees snel verder en ontdek waarom Baskenland wat ons betreft tot de mooiste regio’s van Spanje hoort.

San Sebastian Spain

Waar ligt Baskenland in Spanje

Baskenland ligt in het noorden van Spanje, tussen de Atlantische kust en de uitlopers van de Pyreneeën. Het is een autonome regio met een eigen taal, cultuur en identiteit. De regio bestaat uit drie provincies: Álava, Gipuzkoa en Bizkaia. Je vindt er steden als Bilbao, San Sebastián en Vitoria-Gasteiz, de hoofdstad van de regio. De kustlijn staat bekend als de Costa Vasca en is een van de meest ruige Spaanse costa’s.

Baskenland grenst in het westen aan Cantabrië, in het zuiden aan La Rioja, in het oosten aan Navarra en in het noorden aan Frankrijk en de Golf van Biskaje. Vanuit Nederland vlieg je het makkelijkst naar Bilbao. Er gaan directe vluchten vanaf Amsterdam. Ook San Sebastián is per vliegtuig bereikbaar, maar vanuit Nederland meestal met een overstap. Een andere optie is vliegen op Biarritz, net over de grens in Frankrijk. Vanaf daar zit je zo in het Spaanse Baskenland.

Brug San Sebastian Spanje

Waar staat Baskenland om bekend?

Baskenland staat bekend om zijn eigen taal en cultuur, de keuken met pintxos, de indrukwekkende natuur en de mix van moderne en historische steden. Ook de trotse Baskische identiteit en het beroemde Guggenheim Museum in Bilbao spelen een grote rol.

Wat Baskenland meteen bijzonder maakt, is de eigen taal. Het Baskisch, of Euskera, lijkt op geen enkele andere taal in Europa. Je ziet overal tweetalige borden en hoort de taal op straat. De cultuur is minstens zo eigenzinnig, met oude tradities, volksdansen en feesten die je nergens anders in Spanje ziet.

Eten speelt een grote rol in het dagelijks leven. Je hoeft maar een bar binnen te lopen en je ziet de toonbank vol liggen met pintxos: kleine hapjes op brood, vaak met vis, vlees of groente. In de grote steden vind je toprestaurants met Michelin-sterren, maar ook in de dorpen eet je verrassend goed en betaalbaar.

Ook de natuur is indrukwekkend. De kust is ruig, met hoge kliffen, verborgen strandjes en surfspots. Het binnenland is juist groen en heuvelachtig, met bossen en valleien waar je heerlijk kunt wandelen. Die afwisseling maakt de regio aantrekkelijk in elk seizoen.

En dan zijn er natuurlijk de Baskische steden. Bilbao is modern en creatief, met het iconische Guggenheim als blikvanger. San Sebastián is stijlvol, met een prachtig strand en een levendige oude stad vol pintxosbars. Vitoria-Gasteiz is rustiger en minder bezienswaardig, maar heeft een charmant historisch centrum en veel parken.

De Basken voelen zich sterk verbonden met hun regio. Ze zijn gehecht aan hun regio, hun taal en hun manier van leven. Die sterke identiteit geeft Baskenland een unieke sfeer die de regio echt anders maakt dan de rest van Spanje.

Lekeitio

De beste reistijd voor Baskenland

Baskenland kun je eigenlijk het hele jaar door bezoeken, maar de fijnste maanden zijn van mei tot en met oktober. Dan is het weer meestal zacht, de natuur op z’n mooist en het leven speelt zich volop buiten af. In juli en augustus is het lekker warm en levendig, met veel festivals en drukte in de kustplaatsen. Perfect als je houdt van reuring, maar iets minder als je liever de rust opzoekt.

Wij waren er zelf een keer in september en begin oktober, en dat was echt top. Terrasweer, strakblauwe lucht en overdag gewoon in een T-shirt rondlopen. Zelfs tijdens een bezoek in november hadden we geluk met volop zon.

Toch blijft het Noord-Spanje, en het weer doet hier soms lekker eigenwijs. Door de ligging aan de Atlantische Oceaan valt er meer regen dan in de rest van Spanje. Vooral in het voorjaar en najaar kun je zomaar een buitje meepakken. Maar dat hoort erbij. Juist daardoor is het landschap zo groen.

Zonsondergang San Sebastian

De perfecte reisroute voor Baskenland

Een roadtrip door Baskenland is een feest van afwisseling. Ruige kliffen, groene heuvels, gezellige stadjes en overal goed eten. Start in Bilbao en maak een mooie ronde langs de kust en door het binnenland. Wij raden zo’n 7 tot 10 dagen aan voor deze route, zodat je echt kunt genieten zonder te haasten.

Tip: Huur een auto in Bilbao (liefst compact, want sommige wegen zijn smal) en neem de tijd. Het fijne aan Baskenland is dat alles relatief dichtbij ligt, dus je hoeft nooit lang te rijden. Zo houd je genoeg ruimte over voor spontane stops en lange lunches.

Dag 1 – Bilbao & het Guggenheim
Je reis begint in Bilbao. Check in, neem een eerste pintxo en duik dan het beroemde Guggenheim Museum in. Daarna lekker slenteren door Casco Viejo, het oude centrum, en ’s avonds een hapje eten aan de rivier.

Dag 2 – San Juan de Gaztelugatxe & Bermeo
Trek je wandelschoenen aan, want vandaag ga je de iconische trap op naar San Juan de Gaztelugatxe. Game of Thrones-fans herkennen de plek meteen. Na je klim rijd je door naar Bermeo, een charmant vissersdorpje waar je lekker vis kunt eten aan de haven.

Dag 3 – Urdaibai & Guernica
Vandaag draait het om natuur en geschiedenis. Begin in het Urdaibai Biosfeerreservaat: ideaal om te wandelen of vogels te spotten. In de middag bezoek je Guernica, bekend van het bombardement in 1937 en het beroemde schilderij van Picasso.

Dag 4 – Lekeitio & San Nicolas-eiland
Rijd verder langs de kust naar Lekeitio. Dit kleurrijke dorpje heeft een mooi strand en bij laag water kun je naar het eiland San Nicolas wandelen.

Dag 5 – Zumaia & de Flysch-kust
Vandaag staat de spectaculaire rotskust bij Zumaia op het programma. De lagen steen die je hier ziet zijn miljoenen jaren oud.

Dag 6 – San Sebastián
Tijd voor de stad! San Sebastián is sfeervol, stijlvol en zit vol goede eetadresjes. Wandel over de boulevard, neem een duik bij La Concha en ga ’s avonds op pintxos-tour in de oude stad.

Dag 7 – Hondarribia
Net voorbij San Sebastián ligt Hondarribia, pal aan de Franse grens. Een oud vestingstadje met kleurrijke huizen, smalle straatjes en veel charme.

Dag 8 – Heiligdom van Loyola & Oñati
Tijd om het binnenland in te duiken. Bezoek eerst het indrukwekkende Heiligdom van Loyola, daarna rijd je door naar Oñati, een rustig stadje met oude gebouwen en een gezellige sfeer.

Dag 9 – Heiligdom van Arantzazu
Niet ver van Oñati ligt het Heiligdom van Arantzazu – een modern klooster in een ruig berglandschap. Neem de tijd om ook even te wandelen in de omgeving.

Dag 10 – Terug naar Bilbao
Je roadtrip zit erop. In een kleine anderhalf uur ben je terug in Bilbao. Heb je nog tijd? Duik nog even een markt in of haal wat pintxos voor op het vliegveld.

Arentzazu

Toeristische kaart van Baskenland

Bezienswaardigheden Baskenland: 10 mooiste plekken in de regio

#1 San Sebastian

San Sebastián, in het Baskisch Donostia, ligt aan een brede baai met een perfect halvemaanvormig strand: La Concha. Midden in de stad zwemmen? Hier kan het gewoon. Langs het water loopt een elegante promenade met uitzicht op het eilandje Santa Clara, dat je bij goed weer per boot kunt bezoeken. Achter het strand begint de oude stad, Parte Vieja, een doolhof van smalle straten, gezellige pleinen en vooral: pintxosbars. Overal zie je locals aan de bar staan met een glas lokale Txakoli in de hand en een bordje pintxos binnen handbereik.

San Sebastián is het culinaire hart van Baskenland. Niet alleen omdat er meerdere Michelinsterren rondzweven, maar ook omdat de eetcultuur hier diep in het dagelijks leven zit. Je eet er fantastisch, of je nu gaat voor haute cuisine of voor vijf pintxos op een servet.

Natuurlijk is er meer dan alleen eten. Wie omhoog wandelt naar Monte Urgull krijgt een prachtig uitzicht over de stad en de zee. Bovenop de heuvel staat Castillo de la Mota, een verdedigingswerk uit de zestiende eeuw, compleet met uitzichtpunten en informatiepanelen.

De stad ontwikkelde zich in de negentiende eeuw tot badplaats voor de Spaanse adel. Die grandeur voel je nog steeds, vooral als je door het stadspark of langs de statige gebouwen wandelt.

San Sebastian Donostia

#2 Bilbao

Bilbao is allesbehalve saai. Het was ooit een grijze industriestad vol scheepswerven en staalfabrieken, maar is nu een ontzettend leuke mix van moderne kunst, historische wijken en goed eten. De stad ligt in een vallei, met de rivier de Nervión als ruggengraat. Aan beide oevers zie je de veranderingen van de afgelopen decennia: oude pakhuizen zijn omgebouwd tot cultuurcentra, nieuwe bruggen verbinden de stad, en moderne gebouwen geven het centrum een nieuwe uitstraling.

In Casco Viejo, het oude hart van Bilbao, hangt nog altijd een dorpse sfeer. Hier loop je door smalle straatjes vol pintxosbars, boetieks en marktkramen. Mercado de la Ribera, gebouwd in de jaren twintig, is een van de grootste overdekte markten van Europa. Binnen koop je verse vis, groenten, vlees én eet je ter plekke aan een van de barretjes. Wie houdt van cultuur, moet zeker langs het Teatro Arriaga, een theater uit de negentiende eeuw dat nog steeds in gebruik is.

Bilbao Casco Viejo

#3 Het Guggenheim Museum

Het Guggenheim is het icoon van het nieuwe Bilbao. Sinds de opening in 1997 is het uitgegroeid tot een van de bekendste musea ter wereld. Niet alleen vanwege de kunst, maar misschien nog wel meer door het gebouw zelf. Architect Frank Gehry ontwierp een futuristisch complex van golvende lijnen en titanium platen die glanzen in de zon. Het lijkt haast een ruimteschip, maar dan midden in de stad, aan de rivier.

Binnen vind je moderne en hedendaagse kunst, van gigantische installaties tot tijdelijke exposities van internationale topkunstenaars. Een van de blikvangers is het werk van Richard Serra: enorme stalen spiralen waarin je kunt rondlopen. Buiten het gebouw staan ook twee publiekslievelingen: ‘Puppy’, een reusachtig bloemensculptuur van een hond, en de stalen spin ‘Maman’ van Louise Bourgeois.

Het museum is dagelijks geopend, behalve op maandag, en een bezoek kost je al snel een paar uur. Online reserveren is aan te raden, zeker in het hoogseizoen. In de buurt liggen ook het Museum voor Schone Kunsten en het groene Doña Casilda-park.

Bilbao

#4 San Juan de Gaztelugatxe

San Juan de Gaztelugatxe is een van de meest spectaculaire plekken aan de Baskische kust. Het rotseiland ligt in zee, vlak bij de plaats Bakio, en is via een smalle stenen brug verbonden met het vasteland. Om de kapel bovenop de top te bereiken, moet je 241 treden omhoog. Dat klinkt pittig op een hete zomerdag, maar het uitzicht maakt alles goed. Boven staat een klein kerkje, gewijd aan Johannes de Doper, met een geschiedenis die teruggaat tot de tiende eeuw. Volgens traditie moet je drie keer de bel luiden als je boven bent, en een wens doen.

De plek heeft door de eeuwen heen van alles meegemaakt: piratenaanvallen, stormen, branden. In 1593 werd het eiland geplunderd door Francis Drake. De huidige kapel is een moderne reconstructie van eerdere versies, maar het gevoel van geschiedenis blijft overeind.

Gaztelugatxe werd wereldberoemd als filmlocatie voor Game of Thrones, waar het dienstdeed als Dragonstone. Sindsdien is het een ontzettend populaire trekpleister voor fans en reizigers. Vanaf de parkeerplaats wandel je in ongeveer 30 minuten naar de brug. In het hoogseizoen is toegang weliswaar nog steeds gratis maar wel gereguleerd, dus moet je vooraf reserveren.

Gaztelugatxeko Bilbao

#5 Hondarribia

Hondarribia ligt helemaal in het noordoosten van Baskenland, aan de grens met Frankrijk. Het is een stad met twee gezichten: een ommuurde oude kern vol historie, en een kleurrijke visserswijk aan zee. De oude stad is perfect bewaard gebleven. Je loopt er door smalle straatjes met kinderkopjes, langs houten balkons en gebeeldhouwde gevels. Via de poort van Santa María kom je op het centrale plein, waar het achttiende-eeuwse stadhuis en het voormalige fort van Karel de V staan. Dat fort is nu een luxe hotel, maar je kunt er nog steeds rondkijken.

Loop je naar beneden richting zee, dan kom je in La Marina terecht. Deze wijk staat vol gekleurde huisjes, met overal bars, restaurants en veel sfeer. Dit is een van de beste plekken om pintxos te eten. Langs de baai ligt een promenade met uitzicht op Hendaye, aan de overkant van de grens.

Hondarribia

#6 Oñati

Oñati ligt verscholen in een groene vallei, midden in het bergachtige binnenland van Baskenland. Het is een rustige stad met een rijk verleden, vooral bekend om haar oude universiteit uit 1540. Eeuwenlang was dit het intellectuele hart van de regio. Het gebouw is nog steeds indrukwekkend: versierde gevels, binnenplaatsen met arcades en trappen vol details. Vandaag de dag huist hier het Internationaal Instituut voor de Sociologie van het Recht.

In het centrum staat de gotische San Miguel-kerk, gebouwd in de vijftiende eeuw. Wat deze kerk bijzonder maakt: de rivier stroomt er dwars doorheen, onder het altaar door. Op het plein voor het stadhuis, Foruen Enparantza, vind je terrassen met uitzicht op barokke panden en de heuvels rondom de stad.

Oñati is klein, maar sfeervol en perfect als tussenstop. Je zit hier vlak bij het Heiligdom van Arantzazu en het natuurgebied Aizkorri-Aratz, ideaal voor wie de bergen in wil.

#7 Heiligdom van Arantuza

Het Heiligdom van Arantzazu ligt hoog in de bergen bij Oñati, op een plek waar je niet toevallig langsrijdt. Toch komen hier al eeuwenlang pelgrims naartoe. Volgens een lokale legende verscheen Maria hier in 1468 aan een herder, midden in een doornstruik. Zijn verbaasde uitroep – “Arantzan zu?!” ofwel “Jij, tussen de doornen?!” – gaf deze afgelegen plek zijn naam.

Wat je hier aantreft, is allesbehalve een klassieke pelgrimskerk. In de jaren vijftig ontwierpen Baskische kunstenaars en architecten een opvallend modern bouwwerk, dat perfect opgaat in het ruige landschap. De façade is bekleed met rauwe stenen en wordt bewaakt door expressieve beelden van apostelen, gemaakt door Jorge Oteiza. De zware ijzeren deuren zijn van Eduardo Chillida. Binnen is het sober, stil en monumentaal. Alles aan het gebouw voelt als een reactie op de natuur eromheen, alsof het uit de rotswand zelf is ontstaan.

Vanuit Oñati rijd je via een kronkelende bergweg omhoog. De tocht alleen al is de moeite waard. Eenmaal boven kijk je uit over een diepe vallei en starten wandelroutes het natuurgebied Aizkorri-Aratz in. Dit is geen toeristische plek met souvenirs en drukte. Precies daarom maakt het zoveel indruk.

Arentzazu

#8 Het San Nicolas-eiland bij Leikeitio

Voor de kust van Lekeitio ligt een klein eiland: San Nicolás, of in het Baskisch: Garraitz. Wat het bijzonder maakt? Je kunt erheen lopen, maar alleen als het eb is. Dan verschijnt er een verhoogd pad tussen het strand en het eiland, dat even snel weer verdwijnt als het tij keert. Alsof de zee zelf beslist wie er over mag steken. Wij vonden het een fascinerend gezicht.

Het eiland zelf is onbewoond, niet groot, maar bedekt met struiken en gras. Een kort pad leidt naar de top, waar je uitkijkt over de Cantabrische Zee, de kustlijn en het dorpje achter je. In vroegere tijden was San Nicolás een plek voor isolatie: zieken, kluizenaars en soms monniken verbleven er tijdelijk. Nu is het een klein avontuur voor iedereen die in Lekeitio is en het goed timet.

Check altijd het getij voor je gaat, want oversteken bij opkomend water is echt geen goed idee. In het dorp hangt bij het toeristenbureau en op het strand een getijdentabel. Als je op het juiste moment vertrekt, is dit een van de leukste dingen die je aan de Baskische kust kunt doen: wandelen over de zeebodem naar een eiland dat er net zo mysterieus uitziet als het klinkt.

Isla de San Nicolas

#9 Heiligdom van Loyola

Het Heiligdom van Loyola ligt in een brede, groene vallei bij het plaatsje Azpeitia. Voor ons was dit een onverwachte ontdekking, want we kwamen er per toeval langs en waren meteen onder de indruk. Hier werd Ignatius van Loyola geboren in 1491, een Baskische edelman die militair was tot hij gewond raakte in de strijd. Tijdens zijn herstel onderging hij een diepgaande spirituele verandering. Die ervaring leidde tot de oprichting van de jezuïetenorde, die wereldwijd een enorme invloed zou krijgen.

Het ouderlijk huis van Ignatius, een sobere stenen toren, staat er nog steeds. Daaromheen werd in de achttiende eeuw een indrukwekkende barokke basiliek gebouwd, met een reusachtige koepel van 65 meter hoog. Alles aan deze plek is groots en precies uitgevoerd: het altaar, de kloostergangen, de symmetrie. Je kunt er ook de kamer bezoeken waar Ignatius zijn bekering doormaakte. Het is nu een stille, ingetogen kapel.

Hoewel het een belangrijke pelgrimsplek is, komen er ook veel reizigers zonder religieuze achtergrond. De sfeer is rustig, het terrein ruim en verzorgd. De combinatie van architectuur, natuur en historie maakt dit tot een van de meest bijzondere plekken in het binnenland van Baskenland.

Loyola

#10 De rotskust bij Zumaia

De rotskust bij Zumaia is een van de meest indrukwekkende plekken langs de Baskische kust. Hier steken lange, schuine lagen kalksteen en kleisteen recht omhoog uit het strand, alsof iemand met een mes door de zeebodem heeft gesneden. Deze zogenaamde flysch-formaties zijn het resultaat van meer dan zestig miljoen jaar aan geologische activiteit: afzettingen, verschuivingen, erosie en tektonische bewegingen. Alles ligt hier in zichtbare stroken op elkaar, alsof je door een stenen tijdlijn wandelt.

Zumaia maakt samen met Deba en Mutriku deel uit van het Baskische Kustgeopark. Bij eb kun je de rotsen vanaf het strand bekijken en tussen de grillige structuren doorlopen. Vanaf de kliffen heb je een weids uitzicht over zee en het gebergte erachter. Er lopen gemarkeerde wandelpaden langs de kust, maar je kunt ook een boottocht boeken om de rotslagen vanaf het water te bewonderen. In het bezoekerscentrum midden in Zumaia leer je meer over de oorsprong van dit bizarre landschap. Of je nu van geologie houdt of gewoon van indrukwekkende natuur, dit is zo’n plek waar je stil van wordt.

Zumaia

#11 Urdaibai Biosfeerreservaat

Het Urdaibai Biosfeerreservaat ligt aan de Baskische kust, op nog geen uur rijden van Bilbao, en is een van de meest veelzijdige natuurgebieden in Noord-Spanje. Het landschap is een mozaïek van moerassen, rivieren, zandstranden, kliffen, bossen en landbouwgrond. De rivier de Oka slingert door het gebied en mondt uit in een brede baai die elk seizoen duizenden trekvogels aantrekt. Sinds 1984 is Urdaibai door UNESCO erkend als biosfeerreservaat.

Voor wandelaars en natuurliefhebbers is dit een waar paradijs. Er zijn tientallen wandel- en fietsroutes die je meenemen langs rietvelden, kustpaden en uitkijkpunten. In het Urdaibai Bird Center kun je met telescopen vogels observeren of leren over hun migratie via interactieve tentoonstellingen. Ook voor gezinnen is dit een fijne plek: je kunt hier kanoën, zwemmen of een middag luieren op de stranden van Laga of Laida, waar je bovendien prima kunt surfen.

Urdaibai ligt bovendien centraal tussen bekende plekken als Gernika, Bermeo en San Juan de Gaztelugatxe. Het is dus ideaal als tussenstop of dagtocht.

Urdaibai

#12 Bermeo

Bermeo is een kleurrijk vissersdorp aan de ruige noordkust van Baskenland. Het ligt aan een natuurlijke baai, beschermd tegen de wind, en is al eeuwenlang een belangrijk centrum voor de visserij. De stad werd gesticht in 1236 en was tot het begin van de zeventiende eeuw zelfs de hoofdstad van de provincie Bizkaia. Vandaag de dag is Bermeo nog altijd een werkende havenplaats, met vissersboten die dagelijks uitvaren en een haven die volop in gebruik is.

In de oude kern van Bermeo draait alles om de zee. Puerto Viejo, het oude havengebied, is een wirwar van trappen, smalle straatjes en dicht op elkaar gebouwde huizen in felle kleuren. Hier hangt een levendige sfeer. Op elk plein staan banken vol locals die bijpraten, op elke straathoek zit wel een bar waar je pintxos kunt bestellen. Bezoek zeker ook het Arrantzaleen Museoa, het vissersmuseum in de middeleeuwse Ercilla-toren, waar je meer leert over de geschiedenis van de walvisvaart en de traditionele botenbouw.

Ondanks zijn populariteit is Bermeo verrassend authentiek gebleven. Je hoort op straat vooral Baskisch, de winkeltjes zijn lokaal, en de menukaarten niet aangepast op toeristen. Het voelt als een echte plaats waar mensen wonen en werken. Juist dat maakt het zo’n fijne plek om rond te dwalen en te blijven hangen.

Bermeo

#13 Guernica

Guernica, in het Baskisch Gernika, is een naam die wereldwijd symbool staat voor de gevolgen van oorlog. Op 26 april 1937 werd het stadje compleet verwoest door een luchtaanval van Duitse en Italiaanse vliegtuigen, in opdracht van Franco. De aanval was gericht op de burgerbevolking en liet een spoor van dood en verwoesting achter. Het werd een van de eerste bombardementen op burgers in Europa en inspireerde Pablo Picasso tot zijn beroemde schilderij ‘Guernica’.

Vandaag de dag is Guernica een vredige, moderne stad, maar de geschiedenis is hier nooit ver weg. In het centrum hangt een grote keramische replica van Picasso’s werk. In het Vredesmuseum krijg je een helder en indrukwekkend overzicht van wat er precies gebeurde, met oog voor de persoonlijke verhalen van de inwoners. Op loopafstand vind je ook de Boom van Guernica, een eeuwenoude eik die al sinds de middeleeuwen symbool staat voor Baskische vrijheid. Onder deze boom legden Baskische leiders hun eed af, en die traditie wordt nog steeds voortgezet.

Guernica is compact, makkelijk te combineren met een bezoek aan Urdaibai of Bermeo, en perfect voor een korte maar indrukwekkende stop. Het is een stad met een boodschap die helaas nog altijd actueel is.

#14 Vitoria-Gasteiz

Vitoria-Gasteiz is de hoofdstad van Baskenland, maar voelt totaal niet als een drukke metropool. De stad ligt in het binnenland, ver weg van de kustdrukte, en heeft juist iets kalms, overzichtelijks en toegankelijk. Het oude centrum ligt op een kleine heuvel en bestaat uit kronkelende steegjes, middeleeuwse huizen en pleintjes waar altijd wel iemand op een bankje zit te kletsen. Je wandelt er makkelijk doorheen zonder een plattegrond nodig te hebben.

Het bekendste plein is Plaza de la Virgen Blanca. Hier drink je een koffie of een wijntje met uitzicht op de omliggende gevels en het grote bloemdecor waar de stadsnaam in groene letters in het gras prijkt. Iedereen die hier komt maakt er natuurlijk zo’n bekende toeristenfoto. Verder kun je het Museum voor Schone Kunsten bezoeken, of binnenlopen bij het Archeologisch Museum, beide kleinschalig maar interessant als je van geschiedenis houdt.

Wat Vitoria-Gasteiz echt onderscheidt, is hoe groen alles is. Overal zijn parken, tuinen en groene zones. Rond de stad ligt zelfs een complete ‘groene gordel’ van natuurgebieden en wandelpaden, perfect voor een fietstocht of korte wandeling als je even de stad uit wilt. Er is genoeg te doen voor een paar uurtjes, maar verwacht geen topattracties of grote bezienswaardigheden. Het is vooral een prettige plek om onderweg even te stoppen, een terrasje te pakken en wat sfeer op te snuiven.

Vitoria-Gasteiz

#15 Txakoli-wijnhuizen

Txakoli is de trots van de Baskische wijngaarden. Deze frisse, licht bruisende witte wijn wordt gemaakt van de Hondarrabi Zuri-druif en valt meteen op door zijn hoge zuurgraad en lage alcoholpercentage. Perfect bij vis, schaal- en schelpdieren of gewoon als aperitief. Je ziet hem overal op de kaart staan, en in veel bars wordt hij met een sierlijke zwaai hoog in het glas geschonken om de fijne bubbels los te maken.

Er zijn drie officiële gebieden waar Txakoli wordt geproduceerd: in Gipuzkoa rond Getaria, in Bizkaia bij Bakio, en in de binnenlanden van Álava. Vooral langs de kust groeien de druiven met uitzicht op zee, wat meteen verklaart waarom deze wijn zo goed past bij zilte gerechten. Rond Getaria kun je wijnhuizen bezoeken zoals Bodega Txomin Etxaniz, een van de oudste producenten van de regio. In Bakio ligt het Txakolingunea, een klein museum waar je meer leert over de geschiedenis van deze wijn. Natuurlijk sluit je een bezoek hier af met een proeverij.

Veel bodega’s in de regio ontvangen bezoekers en bieden rondleidingen door hun wijngaarden en productieruimtes. Vaak eindigt zo’n bezoek met een proeverij aan een lange tafel, vergezeld van lokale kazen, verse ansjovis of olijven. Het uitzicht over de wijngaarden, met in de verte de oceaan, maakt het af. Een bezoek aan een Txakoli-wijnhuis is een relaxte en smakelijke manier om het Baskenland van een andere kant te leren kennen. Je proeft niet alleen de wijn, maar ook het landschap waar hij vandaan komt.