Treinreizen door Marokko? Doen! Het is misschien niet het eerste wat in je opkomt, maar geloof ons: het is een van de leukste, makkelijkste en meest ontspannen manieren om het land te verkennen. Geen stress in het chaotische verkeer, geen gedoe met huurauto’s of navigeren door drukke steden waar geen verkeersregels lijken te gelden. Gewoon zitten, uit het raam kijken en het landschap voorbij zien glijden. Van de blauwe zee bij Tanger tot de kleurrijke souks van Marrakech en de eindeloze medina van Fez.
Wij reisden tijdens onze eerste Marokko-trip zelf met de trein en waren aangenaam verrast: schoon, snel, betaalbaar en altijd op tijd. In dit artikel nemen we je mee langs de ultieme route met het openbaar vervoer. We laten zien welke plekken goed bereikbaar zijn per trein, welke highlights je onderweg echt niet mag missen, en hoe je zelfs bestemmingen zonder treinstation slim aan je route toevoegt. Dit is jouw complete gids voor een onvergetelijke treinreis door Marokko!
Waarom reizen met de trein door Marokko zo’n goed idee is
Reizen met de trein door Marokko is wat ons betreft echt een aanrader. Natuurlijk, een huurauto geeft je meer vrijheid en flexibiliteit – je kunt stoppen waar je wilt, kleine dorpjes meepakken en ook het binnenland makkelijker bereiken. Maar wij hebben zelf ook ervaren hoe intens het verkeer kan zijn. Chaotisch, druk en vermoeiend, zeker rond de grotere steden. De trein is een relaxter alternatief: verrassend modern, schoon en snel. Vooral de hogesnelheidstrein Al Boraq rijdt comfortabel en op tijd.
Treinreizen dwingt je om je route iets beter te plannen, want het spoor beperkt zich tot het westen van het land, ten westen van het Atlasgebergte. Maar met wat slimme aanvullingen kun je alsnog bekende bestemmingen als Essaouira, Chefchaouen of zelfs de Sahara in je reis opnemen. We geven je daar in dit artikel tips voor.
En misschien wel het grootste voordeel van reizen met de trein? Het is zo heerlijk ontspannen! Je hoeft zelf niet te sturen, je kunt lekker naar buiten kijken en het landschap langzaam zien veranderen. Van groene heuvels tot dorre vlaktes en uitgestrekte steden: je kunt hier een blik krijgen van Marokko buiten de toeristische bestemmingen. Tussen alle indrukken van de medina’s door is het fijn om even bij te komen met een boek, een podcast of gewoon wat scrollen op je telefoon. Of misschien een spelletje spelen, zoals in deze lijst met casino’s – een heerlijk rustig reismoment, terwijl de trein je vanzelf naar je volgende bestemming brengt.
Praktische tips voor de trein in Marokko
Marokko heeft een van de modernste spoorwegnetwerken van Noord-Afrika, en dat merk je meteen als je instapt. De treinen zijn schoon, ruim en rijden opvallend stipt. Je reist snel en comfortabel tussen de grote steden, zonder gedoe met bussen of huurauto’s.
De nationale spoorwegmaatschappij heet ONCF, en regelt het hele netwerk – met als paradepaardje de hogesnelheidslijn Al Boraq, oftewel de TGV van Marokko. Die brengt je in no-time van Tanger naar Rabat of Casablanca, tot wel 320 kilometer per uur.
Kaartjes koop je gewoon op het station, bij een loket of bij een automaat. Betalen kan met contant geld of kaart. Voor drukke routes of als je een vaste plek wilt in de eerste klas, is het slim om iets eerder te zijn of je ticket vooraf te reserveren. De meeste treinen rijden verrassend op tijd, dus je kunt erop vertrouwen dat je vertrekt zoals gepland.
Wat bagage betreft: houd het praktisch. Een stevige koffer met goede wieltjes werkt prima, maar als je steeds van bestemming naar bestemming reist, is in onze ervaring een (kleine) backpack nóg handiger. Zorg in elk geval dat je je spullen makkelijk kunt tillen of dragen. En let op: waardevolle spullen houd je het beste bij je. Niet in je tas of koffer in een bagagerek, maar gewoon op schoot of naast je. Zeker in drukke wagons voelt dat net wat veiliger.
Jouw Marokko-reisroute op de kaart
De perfecte treinreisroute voor Marokko
#1 Tanger
Welkom in Marokko – dit is de eerste bestemming van je treinreis door het land. Tanger ligt helemaal in het noorden, precies waar de Middellandse Zee en de Atlantische Oceaan samenkomen. Op heldere dagen zie je Spanje aan de overkant liggen. Door die ligging was Tanger eeuwenlang een ontmoetingsplek van culturen, en dat voel je nog steeds in de stad.
De medina is compact en levendig, met smalle straatjes die omhoog kronkelen naar de kasbah. Daar ligt ook het voormalige sultanspaleis, nu ingericht als museum met een bescheiden maar interessante collectie over de regio. Vanaf de kasbah heb je uitzicht over de haven en de kustlijn. Beneden ligt het plein Grand Socco, het hart van de stad en beginpunt van wandelingen door zowel oud als nieuw Tanger.
Je komt hier makkelijk met het vliegtuig of de ferry vanuit Spanje. Het treinstation Tanger Ville ligt centraal en is het startpunt van de hogesnelheidslijn Al Boraq. In iets meer dan een uur reis je van hieruit verder naar Rabat. Blijf één tot twee dagen in Tanger om de stad op je gemak te verkennen en rustig te starten met je reis.
#2 Rabat
Vanuit Tanger reis je in iets meer dan een uur met de Al Boraq naar Rabat. De hoofdstad van Marokko ligt aan de Atlantische Oceaan en heeft een heel gezellige en ontspannen sfeer die je misschien niet direct verwacht in een regeringsstad. Rabat is overzichtelijk, groen en combineert moeiteloos eeuwenoude geschiedenis met moderne architectuur. Voor ons was Rabat een van de meest verrassende bestemmingen in Marokko, zo sfeervol en bomvol bezienswaardigheden!
De oudste wijk van de stad is de kasbah van de Oudaya’s, een wit-blauw geschilderd doolhof met uitzicht over de rivier en de zee. Binnen de muren liggen ook de Andalusische Tuinen, een rustige plek met palmbomen, fonteinen en de geur van sinaasappels. De medina van Rabat is kleinschaliger en meer authentiek dan die van Fes of Marrakech, maar zeker de moeite waard. Je vindt er stoffen, keramiek, kruiden en straateten zonder de overweldigende toeristendrukte.
Rabat is goed te belopen en voelt rustig aan. Eén dag is genoeg om de belangrijkste bezienswaardigheden van Rabat te zien, maar met twee dagen kun je het tempo iets lager leggen. Het station Rabat Agdal ligt op de route van de hogesnelheidstrein en verbindt je vlot met zowel Tanger in het noorden als Casablanca in het zuiden.
#3 Marrakech
Vanaf Rabat reis je met een overstap in Casablanca in zo’n vier uur naar Marrakech. Het contrast met de rustige hoofdstad kun je nauwelijks groter maken. Marrakech is luid, warm, druk en fantastisch. Dit is de stad waar alles tegelijk gebeurt, waar je eindeloos kunt verdwalen en telkens weer iets nieuws tegenkomt.
Het hart van Marrakech is het Djemaa el Fna-plein. Overdag staan er fruitverkopers, slangenbezweerders en kraampjes met kruiden. Zodra de zon zakt, ruik je gegrild vlees en hoor je trommels, verhalenvertellers en muziek. Je loopt er zó een hele avond rond. Vanuit het plein duik je de medina in, een wirwar van steegjes vol winkeltjes, leerlooiers, tapijten en keramiek. Iets verderop vind je het Bahia-paleis, de kleurrijke Jardin Majorelle en de hoge minaret van de Koutoubia-moskee. Lees vooral ook mijn blogs over de 20 leukste bezienswaardigheden van Marrakech en mooiste tuinen van Marrakech voor meer tips.
Blijf hier zeker minimaal twee tot drie dagen, maar langer kan makkelijk. Hier zit je heerlijk centraal voor allerlei leuke dagtrips vanuit Marrakech. Als je ruimte hebt in je planning, is Marrakech daarom een fijne plek om iets langer te blijven hangen. Het treinstation ligt net buiten het centrum, goed bereikbaar per taxi of tram.
Extra: 1–2 dagen naar Essaouira aan de kust
Zin in frisse zeelucht en wat rust? Pak dan vanuit Marrakech de bus naar Essaouira. In drie uur sta je aan de Atlantische kust, waar het tempo lager ligt en de lucht zout is. Essaouira voelt anders dan de rest van Marokko. Charmante straatjes, wit met blauwe huizen, een relaxte sfeer en altijd wind. Vanwege die wind is het een geliefde bestemming onder sufers; sommige blijven wel maanden hangen.
In de haven dobberen houten vissersboten, en overal wordt vis direct van de grill verkocht. Binnen de oude stadsmuur vind je galeries, cafés en rustige pleinen. Wij waren echt verbaasd over de rustige en ontspannen sfeer van de medina ten opzichte van andere Marokkaanse steden. In onze blog over wat te doen in Essaouira geven we meer tips over deze fijne bestemming.
Eén overnachting in Essaouira is genoeg, maar twee tot drie dagen geven je echt de tijd om te ontspannen en ook lekker het strand op te zoeken. Bussen van verschillende maatschappijen rijden meerdere keren per dag.
Extra: driedaagse tour naar Aït Ben Haddou, Todra-kloof en Erg Chebbi
Heb je drie dagen over, dan is deze route een onvergetelijke trip om te maken! Vanuit Marrakech rijd je via haarspeldbochten de Hoge Atlas in. De eerste stop is Aït Ben Haddou, een lemen dorp dat je misschien herkent uit films als Gladiator.
Daarna ga je verder oostwaarts, langs oases en valleien, tot je bij de Todra-kloof komt: een smalle doorgang tussen torenhoge rotswanden. Aan het einde van dag twee sta je aan de rand van de Erg Chebbi-duinen bij Merzouga. Je wordt opgehaald met een quad, trekt de woestijn in en overnacht in een tentenkamp middenin de Sahara onder een heldere sterrenhemel. Op dag drie keer je terug naar Marrakech.
De afstanden zijn lang met een rijtijd van 8 uur enkele reis, maar de ervaring blijft je bij. Je kunt zowel een georganiseerde tour vanuit Marrakech boeken voor het gemak, als drie dagen een auto huren, waarbij je onderweg nog meer stops kunt maken.
Extra: dagtrip naar de Agafay-woestijn
Geen tijd voor de Sahara, maar wel zin in zand en stilte? Dan is de Agafay-woestijn een goed alternatief. Op minder dan een uur rijden van Marrakech vind je een uitgestrekt landschap van rotsen, zandkleurige heuvels en leegte. Geen hoge duinen, maar wel weids uitzicht en een ruig woestijngevoel. Je kunt hier met een quad door de woestijn racen, lunchen in een desert camp of blijven voor diner bij zonsondergang. Veel camps bieden ook luxe glamping-ervaringen als je ook een nachtje in de woestijn wilt doorbrengen. Wij kozen zelf voor een overnachting in de Agafay en dat is een van onze favoriete vakantieherinneringen aan Marokko geworden! Perfect voor wie weinig tijd heeft maar toch even helemaal weg wil.
#4 Casablanca
Na het kleurenspektakel van Marrakech voelt Casablanca bijna als een cultuurschok. Brede wegen, glimmende kantoorflats, winkelcentra en een constant gevoel van beweging. Dit is de grootste stad van Marokko en het economische hart van het land. Niet charmant op het eerste gezicht, maar wél met één van de indrukwekkendste gebouwen die je tijdens je reis gaat zien.
De Hassan II-moskee ligt direct aan zee en is met gemak het pronkstuk van de stad. De minaret steekt 210 meter de lucht in en is daarmee de hoogste ter wereld. Het gebouw is deels boven het water gebouwd en versierd met een eindeloze hoeveelheid mozaïek, marmer en cederhout. Binnen kijk je je ogen uit, en dat mag ook echt, want dit is een van de weinige moskeeën in Marokko die je als niet-moslim kunt bezoeken.
Casablanca zelf hoef je wat ons betreft niet uitgebreid te verkennen. Wij waren niet heel erg onder de indruk van de vrij moderne en niet bijzonder sfeervolle stad. Heb je wat tijd over, dan is de wijk Habous leuk voor een korte wandeling. Deze ‘nieuwe medina’ werd in de jaren dertig aangelegd door de Fransen en heeft een mix van traditionele souks en strak geplande straten. De oude medina is klein en niet heel bijzonder.
Een halve dag of één overnachting is hier ruim voldoende. Het station Casa Voyageurs ligt centraal in de stad en is een handig knooppunt. Vanaf hier reis je makkelijk verder richting Meknes of Fes. Casablanca is misschien geen stad om in te verdwalen, maar wel een praktische tussenstop met één ijzersterke bezienswaardigheid van Marokko.
#5 Meknes
Vanuit Casablanca reis je in nog geen drie uur naar Meknes, ooit de hoofdstad van sultan Moulay Ismail en officieel een van de vier koningssteden van Marokko. Dat klinkt groots, maar eerlijk gezegd waren wij niet direct onder de indruk. Meknes heeft absoluut interessante plekken, maar voelt als geheel minder sfeervol en verzorgd dan andere steden op deze route. Je leest in deze blog waarom we Meknes niet bijzonder leuk vinden.
De medina is rustig en meer authentiek, maar ook wat lelijk, vervallen en saai. Waar je in Fes en Marrakech verdwaalt tussen geuren, kleuren en ambachtelijke avondsten, loop je hier vooral langs plastic teiltjes, emmers en keukenspullen. Dat is op z’n eigen manier wel authentiek, maar niet per se charmant. De stad oogt buiten de historische bezienswaardigheden ook wat rommelig en vervallen.
Gelukkig zijn er uitzonderingen. De imposante poort Bab Mansour is een plaatje, net als het mausoleum van Moulay Ismail. In de oude paleiszone zie je nog resten van zijn grootse ambities: gigantische stallen, een koninklijke graanopslag en een enorme vijver. Ze liggen wat verspreid, maar geven samen een mooi beeld van de geschiedenis van de stad.
Heb je wat meer tijd, bezoek dan zeker ook op een dagtrip Volubilis: een Romeinse ruïnestad net buiten Meknes, met goed bewaarde mozaïeken en uitzicht over de vallei. Iets verderop ligt Moulay Idriss, een wit heilig stadje tegen de bergwand. Beide zijn makkelijk te bereiken per taxi, openbaar vervoer of met een tour. Wij kozen zelf voor de bus heen naar Moulay Idriss, een wandeling naar Volubilis en een taxi terug.
Wij zouden Meknes aanraden als korte stop, als je genoeg tijd in je reisschema hebt. Gelukkig zit je met de trein in nog geen drie kwartier in Fes – een stad waar de energie en geschiedenis wél van de muren afspat.
#6 Fez
Van alle bijzondere plekken in Marokko is Fez onze absolute favoriet. We zijn hier inmiddels twee keer geweest en bleven beide keren langer dan verwacht hangen. Zodra je de medina binnenstapt, voelt het alsof je in een andere wereld terechtkomt. Alsof je door de poort van de Fata Morgana in de Efteling loopt – maar dan in het echt, en op elke straathoek gebeurt wat. Overal zie je werkplaatsen, winkels, stapels tapijten, vers fruit, koper, leer, keramiek. Alles leeft, maakt geluid of geurt naar iets.
De medina van Fez is de grootste van het land en bestaat uit duizenden straatjes waar geen auto’s mogen komen. Je verdwaalt hier sowieso, maar dat is juist de bedoeling. In een zijstraat stuit je op een leerlooierij, in de volgende op een madrassa of een houtbewerker aan het werk. Bij Chouara, de bekendste looierij, kijk je uit over tientallen verfbaden waarin huiden geverfd worden – op precies dezelfde manier als eeuwen geleden. Niet voor niets staat de oude medina op de UNESCO Werelderfgoedlijst.
Tussen de chaos liggen parels verstopt: de Al Quaraouiyine, volgens velen de oudste universiteit ter wereld, het vervallen El Glaoui-paleis en de Bou Inania-madrassa met houtsnijwerk en mozaïeken. Je kunt niet overal naar binnen, maar zelfs vanaf de drempel zijn deze plekken indrukwekkend. Voor meer tips moet je echt even onze blog over de 16 mooiste plekken in Fez lezen.
Voor ons was Fez echt liefde op het eerste gezicht. Trek minstens twee dagen uit, liever drie, om te verdwalen, te kijken en je mee te laten slepen. De stad is intens, maar onvergetelijk! Het treinstation ligt net buiten het centrum, maar is makkelijk te bereiken per taxi. Vanuit hier kun je terug naar Tanger of je pakt vanaf het vliegveld van Fez weer het vliegtuig naar huis.
Extra: dagtrip of tweedaagse trip naar Chefchaouen
Chefchaouen is een van de meest fotogenieke stadjes van Marokko. Blauwe muren, blauwe trappen, blauwe deuren – bijna alles in deze medina is blauw geschilderd. Dat levert mooie plaatjes op, maar ook een verrassend rustgevende sfeer. Chefchaouen ligt in het Rifgebergte en voelt een stuk frisser, groener en relaxter dan de grote steden.
Toch sloegen we het op onze eerste reis met de trein en bus door Marokko over. Chefchaouen ligt namelijk net onhandig in de route: geen treinstation, en vanaf Fez ben je al snel vier uur onderweg per bus of gedeelde taxi. Als dagtrip is dat eerlijk gezegd te veel gedoe, dus we raden je aan om er dan in ieder geval ook een nachtje te blijven. Maar tijdens onze tweede reis, met de camper en onderweg naar het noorden en de ferry van Marokko naar Spanje, kwamen we er alsnog – en waren we gelijk verkocht.
Chefchaouen is compact en makkelijk te verkennen. Je dwaalt er rustig door de blauwe straatjes, koopt handgeweven dekens of leren slippers, drinkt muntthee op een terras en kijkt uit over de bergen. Er is niet veel ‘te doen’, maar dat is precies de charme. Eén overnachting in Chefchaouen is ideaal: je kunt dan ook de vroege ochtend en de avond meepakken, als het licht mooi is en de dagjesmensen weer vertrokken zijn.
Wil je toch gaan vanuit Fez, plan dan een nachtje in en boek je bus ruim op tijd. De bus rijdt meerdere keren per dag, maar bussen kunnen vol zitten. Chefchaouen ligt niet op de route van je treinreis, maar als je extra dagen hebt, is dit een heerlijke omweg.
